We leven in een interessante tijd, allicht zonder precedent in de geschiedenis, waarin ons begrip van het gezin wordt aangevallen en onze definitie van het gezin wordt herschreven. De sociale normen van de westerse samenleving en de wetten van Canada zijn aan snelle veranderingen onderhevig. Dingen die nog maar een generatie geleden werden beschouwd als onverstandig, immoreel of gewoonweg slecht, worden nu beschouwd als goed, normaal en prijzenswaardig. Dingen die nog niet lang geleden werden beschouwd als het kenmerk van een afbrokkelende samenleving, worden nu beschouwd als kenmerken van een vooruitstrevende samenleving.
Wat is nu eigenlijk een gezin? Waar komt het vandaan? Wie heeft het recht om het te definiëren?
Vraagt u de cultuur om ons heen naar de oorsprong van het gezin, dan zult u waarschijnlijk te horen krijgen dat de mensheid in de loop van miljarden jaren is geëvolueerd uit mindere organismen en dat we onderweg het gezin hebben geschapen als een middel tot bescherming en sociale organisatie. Het gezin ontstond in de menselijke gedachte terwijl wij evolueerden en terwijl wij ons aanpasten aan het leven in een vijandige wereld.
Vraagt u het aan christenen, dan hoop ik dat u iets anders zult horen: dat God de mensheid in een daad van een ogenblik schiep en dat Hij vanaf het begin mensen samenbracht in de groepen die wij ‘gezin’ noemen. Het gezin ontstond in Gods gedachte terwijl Hij ons schiep in een volmaakte wereld.
Het is bijna onmogelijk om het verschil dat dit maakt te veel te benadrukken. En waarom? Hierom: als wíj het gezin geschapen hebben, definiëren wíj het en zijn wij alleen aan onszelf verantwoording schuldig. Maar als God het geschapen heeft, definieert Híj het en zijn wij aan Hem verantwoording schuldig.
God schiep het gezin
Laten we dus kort de oorsprong van het gezin nagaan, zoals God deze beschrijft in het boek Genesis. Behalve alle andere dingen die God ons vanuit Zijn scheppingsverhaal duidelijk wil maken, wil Hij ons zeker dit laten weten: deze wereld is van Hem en alles erin is door Zijn hand geschapen. En dit geeft Hem het eigendomsrecht erover.
Als we bij de zesde en laatste dag van de schepping komen, zien we God de mensheid scheppen, die al Zijn werk bekroonde. God heeft alles gemaakt, maar de mensheid als iets bijzonders. Mensen zijn anders dan al het andere omdat wij, en alleen wij, gemaakt zijn ‘naar Zijn beeld’ en ‘naar Zijn gelijkenis’. Er zijn bepaalde opzichten waarin wij op God lijken, waarin wij drager zijn van Goddelijke eigenschappen. God heeft op een unieke manier Zijn vingerafdrukken op ons achtergelaten.
De mensheid is gemaakt naar Gods beeld en de mensheid neemt twee vormen aan. Genesis 1:27 zegt: ‘Naar het beeld Gods schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.’ Er is één mensheid, maar deze bestaat uit twee seksen die op gelijke wijze delen in Gods beeld.
In Genesis 2 wordt ons een vollediger verslag gegeven over hoe God de mensheid schiep. In vers 7 schept God de eerste man, die we kennen als Adam. Daarna schept Hij in vers 18 de eerste vrouw, die we kennen als Eva. God nam een stukje van Adams lichaam en gebruikte dat als de grondstof om deze metgezellin voor hem te maken. In vers 21-23 vervolgt het verslag: ‘Toen deed de HEERE God een diepen slaap op Adam vallen, en hij sliep; en Hij nam een van zijn ribben en sloot derzelver plaats toe met vlees. En de HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam genomen had, tot een vrouw; en Hij bracht haar tot Adam. Toen zeide Adam: Deze is ditmaal been van mijn benen en vlees van mijn vlees; men zal haar Manninne heten, omdat zij uit den man genomen is.’
Nu had Adam zijn metgezellin. Zij wordt beschreven als zijn ‘hulpe’. Dat betekent niet dat zij slechts een ingehuurde hulp was om zijn bevelen uit te voeren. Zij was wezenlijk een ‘corresponderende tegenhanger’ voor Adam. Zij vulde hem aan – zij was op zo’n manier anders dan hij dat zij aanvulde wat in hem ontbrak om Gods wil voor de mensheid uit te voeren. De opdracht die God aan menselijke wezens had gegeven, kon niet door de man alleen worden uitgevoerd. Evenals Gods beeld alleen volledig tot uiting kwam in man en vrouw, kon Gods wil alleen volledig worden volbracht door man en vrouw.
Mozes, die Genesis schreef, heeft ons hier een kleine redactionele noot nagelaten om uit te leggen wat er gebeurde toen de twee samenkwamen, en hier maken we voor het eerst kennis met het gezin: ‘Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aankleven, en zij zullen tot één vlees zijn’ (Gen. 2:24). Terugkijkend op deze eerste huwelijksceremonie vertelt Mozes ons dat hier iets is gebeurd – iets wat nog steeds op elke bruiloft gebeurt. Wanneer een man en een vrouw trouwen, verlaten zij in bepaalde opzichten de gezinnen waarin zij geboren werden en vormen zij een nieuw gezin.
Wat leren we van dit alles? We zien dat God mensen schiep en dat God het gezin schiep. Dit is cruciaal: Hij schiep niet slechts mensen en zette ons niet vrij op de aarde als ongebonden, onafhankelijke wezens, maar Hij schiep ook een fundamentele menselijke relatie die ons samenbindt. De basisrelatie of sociale structuur voor de mensheid is het gezin, niet de overheid. Dit moeten wij duidelijk stellen. Het gezin is prepolitiek – God geeft de overheid geen autoriteit om het gezin op welke manier dan ook te definiëren, behalve volgens de Bijbel.
Definitie van het gezin
Wat is dan een gezin? Ik denk dat dit een degelijke definitie is, ontleend aan de Bijbel (en overgenomen van Andreas Kostenberger): Een gezin is één man en één vrouw die in het huwelijk zijn verbonden, plus primair hun kinderen door geboorte of adoptie, en secundair andere bloedverwanten. Een gezin op zijn meest basale niveau is een man en een vrouw die in een huwelijksverbond zijn verenigd. Dat vormt een gezin.
Wij verwachten dat in de meeste gevallen een getrouwd stel kinderen aan het gezin zal toevoegen. Kinderen maken geen gezin – zij voegen zich bij een bestaand gezin. We noemen dit het directe gezin, en het is de primaire betekenis van het gezin: moeder, vader en kinderen. Maar ook al vormt het echtpaar een nieuw gezin, zij maken zich niet volledig los van hun broers en zussen, ouders en grootouders. Die band van het bredere gezin blijft dus bestaan als de secundaire betekenis van het woord.
Nogmaals: Een gezin is één man en één vrouw die in het huwelijk zijn verbonden, plus primair hun kinderen door geboorte of adoptie, en secundair andere bloedverwanten.
Dit artikel van de Canadese blogger, auteur en boekrecensent Tim Challies is vertaald. Klik hier voor het origineel.
Gepubliceerd: 17-06-2022