Je bekijkt nu Verplichte seksuele revolutie via duurzaamheidsagenda SDG

Verplichte seksuele revolutie via duurzaamheidsagenda SDG

  • Bericht auteur:Ds. B.A. Zuiddam
  • Berichtcategorie:Actueel
  • Laatste wijziging in bericht:11 november 2022
  • Leestijd:10 minuten gelezen
Leestijd: 6 minuten

Beleidsmakers willen genderneutrale wereld afdwingen via economie en onderwijs

Bij Nederlandse overheids- en onderwijsinstellingen wapperen dit jaar de SDG-vlaggen (Sustainable Development Goals: duurzame ontwikkelingsdoelen). Zeventien doelstellingen voor duurzame ontwikkeling voor de hele wereld. Dat lijkt mooi, maar is dat wel zo? Is het terecht dat reformatorische christenen geen probleem van SDG maken omdat er ook goede doelen in staan? Een kritische doorlichting vanuit christelijk perspectief.

De 17 Sustainable Developmental Goals (SDG’s)

Bedenkelijk proces

SDG zoekt een politieke omwenteling te bereiken zonder daarvoor politiek mandaat te hebben verkregen. De officiële vlaggen bij overheid en onderwijs, alsook de miljarden aan regeringsuitgaven geven de indruk dat SDG een internationaal afgesproken politieke maatregel is, iets wat “we” moeten doen. Dat is niet zo. SDG is geen verdrag waartoe landen zich verplicht hebben. De mate waarin het toegepast wordt, is een nationale zaak. SDG hoeft dus niet.

In het licht van dit juridisch gegeven is het eng dat politici doen alsof het wel moet en het willen afdwingen. Niet alleen door het onderwijs en geldstromen, maar zelfs het nationale politieke bestel moet op de schop. Leiders van de SDG-beweging, zoals de Duitse oud-minister Adolf Kloke-Lesch, vinden dat het politieke bestel zoals we dat nu kennen, volledig moet plaatsmaken voor een nieuwe internationale structuur, de zogenoemde ‘stakeholder’-samenleving.

De Duitse oud-minister Adolf Kloke-Lesch. Bron: www.idos-research.de

Niet slechts de aard van dit proces, maar ook de gevolgen roepen vanuit ethisch perspectief terecht vragen op. Wat betekent eigendomsrecht nog als de SDG-ideologen volgens doelstelling 10 met politieke dwang rijkdom binnen en tussen landen gaan herverdelen? Blijft er nog iets over van de vrijheid van onderwijs als overal verplicht gendergelijkheid (doelstelling 5) geleerd moet worden? Wordt niet onvermijdelijk de ouderlijke macht terzijde geschoven als neoliberale normen, de ethiek van D66 (of het gebrek daaraan), als nieuwe norm wordt gevestigd via SDG? Deze agenda staat immers op gespannen voet met internationale verdragen over de rechten van de mens, die in tegenstelling tot SDG, wel een wettelijke status hebben?

Verplichte seksuele revolutie

Een belangrijk punt van zorg is het feit dat gendergelijkheid en seksuele revolutie (abortus en voorbehoedmiddelen op overheidskosten) gepresenteerd worden als “duurzaamheidsdoeleinden”. Daarbij zijn emancipatie, homohuwelijk en transgenderisme te beschouwen als progressieve fasen. Volgens de beleidsmakers moet dit afgedwongen mogen worden op traditionele samenlevingen in Afrika en Azië en op traditionele gelovigen in het Westen die daaraan weinig behoefte hebben. Het heeft iets neokoloniaals: wij weten wat goed voor u is en bepalen voor u, maar zonder u.

Daarbij gaat de implementatie van SDG verder dan de doelstelling, want de VN hebben formeel niets afgesproken over LHBT (Lesbisch, Homoseksueel, Biseksueel, Transgender). Toch spreekt men van “belangrijke gelegenheden” om acceptatie van alternatief seksueel gedrag te verpakken als duurzaamheidsontwikkeling. Ook in Afrikaanse landen waar het bij wet verboden is. Dat zegt de denktank International Center for Research on Women (Washington, D.C., USA). Dergelijke Ngo’s dienen als springplank voor het lanceren van LHBT-doelstellingen binnen de SDG-agenda in Afrika. ICRW wordt daarbij financieel gesteund door de Ford foundation en werkt samen met het African Population & Health Research Center (Nairobi, Kenia). Omgekeerd proberen zulke denktanks ook om Afrika bij de VN, het IMF en de Wereldbank zoveel mogelijk in een positief SDG-daglicht te stellen om economische ondersteuning te rechtvaardigen. Dat financiële steun afhankelijk is van neoliberale tegenprestaties in het onderwijs en de wetgeving wordt in Afrika terdege beseft. Zo is een ingewikkeld spinnenweb ontstaan.

Reeds in 2016, kort na de lancering van SDG in 2015, verscheen het rapport LGBT Inclusion and the Sustainable Development Goals, een beleidsdocument dat overheden duidelijk maakt hoe men homoseksualiteit en transgenderdoelen kan nastreven bij het uitvoeren van de ‘duurzaamheidsagenda’. SDG Nederland heeft zelfs een eigen LHBT-manifest dat expliciet beoogt om LHBT te normaliseren op de werkvloer. Het ministerie van Buitenlandse Zaken financiert het bureau van SDG Nederland. Ook een deel van de banken en het bedrijfsleven zijn sponsors.

Onderwijs of indoctrinatie?

De ideologische kant van SDG raakt ook het onderwijs (doelstelling 4). Met name het hoger onderwijs moet, aldus de kenners, een voorttrekkersrol vervullen bij de heropvoeding van de wereldbevolking. Beleidsmakers en adviseurs maken er geen geheim van: Iedereen moet leren denken en handelen volgens neoliberale normen, van seksuele revolutie tot duurzaamheid en het milieu. De titel van een recent academisch handboek voor onderwijzers geeft kernachtig weer wat de bedoeling is: onderwijs ten dienste van de duurzaamheidsdoeleinden en wereldburgerschap. (Teacher Education for Sustainable Development and Global Citizenship; Critical Perspectives on Values, Curriculum and Assessment. P, Bamber, Routledge, Londen,2020).

Het feit dat hier gesproken wordt over het kweken van wereldburgers met nieuwe normen en waarden, is te meer zorgwekkend als we bedenken dat er plannen zijn voor internationale regeringsvormen. Dit kan leiden tot interne en internationale spanning. Immers, wie hecht aan zelfbeschikking voor het eigen land en een traditionele visie op de samenleving heeft (zoals de meeste landen in Afrika, het Midden-Oosten en Azië), zal zich bedreigd voelen door dit type onderwijsbeleid.

Het handboek van het SDG-centrum omschrijft de rol van onderwijzers als een ideologische taak: ze moeten jongeren leren om te denken vanuit sociale rechten en als wereldburgers (p.51). Men kent daarbij vooral het hoger onderwijs een belangrijke rol toe, omdat dit een hoog percentage toekomstige leiders aflevert. De omslag bij het onderwijs wil men einde 2030 gerealiseerd hebben. Dat begint met de indoctrinatie van de allerjongsten. Onderwijzers moeten peuters en kleuters anders leren denken dan hun ouders doen. Via deze kleintjes moeten onderwijzers hun families en samenlevingsverbanden ‘transformeren’, anders leren denken.

Dit wordt openlijk bepleit in het handboek voor de toepassing van SDG (uitgegeven door het internationale centrum in Hamburg (Handbook of Sustainability Science and Research). Dit soort uitspraken duidt op een seculaire (=behorend tot deze eeuw/aarde) religie met zendingsdrang in de hoogste regionen van SDG. Geen aanhanger van de wereldgodsdiensten zit op deze indoctrinatie te wachten.  Niet in Saoedi-Arabië, maar ook niet in Rotterdam of Staphorst.

Op 25 september 2015 zijn de SDG’s vastgesteld. In 2020 hees de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag deze vlag om het lustrum te vieren. Bron: KB

Bedreiging voor christelijke overtuiging

SDG-doelstellingen 5 (gendergelijkheid en het geven van macht aan vrouwen en meiden) en 11 (overal een inclusieve samenleving) staan op gespannen voet met de traditionele Christelijke moraal. De economische rails die in het bedrijfsleven gelegd worden en de maatschappelijke rails die in het onderwijs gelegd worden, vormen op den duur een bedreiging voor orthodoxe gelovigen.

Dat hier sprake is van een bewuste aanval op de ethiek van traditionele samenlevingen blijkt uit de publicatie International Human Rights of Women. Daarin pleit een VN-denktank voor het recht op seksualiteit zonder huwelijk, en als doel op zich zonder voortplantingsoogmerk.  De vrije beschikbaarheid van voorbehoedmiddelen, sterilisatie en abortus zouden in Afrikaanse landen afgedwongen moeten worden via de rechter. (Zie bijv. Reilly, N. ed. International Human Rights of Women. Springer, Singapore 2019:248-263.) De rechter zou wetgeving die niet past bij neoliberale standpunten terzijde moeten schuiven. Daarmee wordt het fundament van de rechtstaat, namelijk de scheiding van de wetgevende en rechtsprekende macht, ondergraven.

Het doel is duidelijk: wereldwijde seksuele zelfbeschikking. Als landen, regeringen en ouders daar niet voor kiezen, moet het van bovenaf opgelegd worden, alle internationale verdragen en nationale wetgeving ten spijt. Daarvoor moeten andere rechten – zoals zelfbeschikking naar volkerenrecht, ouderlijke macht en de vrijheid om kinderen op te voeden volgens eigen levensbeschouwing en godsdienstige overtuiging – wijken.

Conclusie: onderneem actie

Duurzame ontwikkeling heeft geen duidelijke juridische of democratische basis in wetgeving. Het project wordt, strikt vanuit de VN-besluitvorming bezien, ideologisch gedragen. Dit alles komt met een prijskaartje, dat economisch en geestelijk druk zal zetten op de positie van orthodoxe christenen in de samenleving, en daarmee evenzeer op andere patriarchale levensbeschouwingen, zoals die van moslims en hindoes.

De uitvoering van doelstellingen 4 (onderwijs), 5 (gendergelijkheid) en 10 (verplichte inclusieve samenleving) laat zien dat SDG functioneert als middel om wereldwijd de verworvenheden van de westerse seksuele revolutie te vestigen. Dit mag geduid worden als cultureel kolonialisme. Hierbij maakt de traditionele inrichting van gezin en samenleving plaats voor een seksueel neutrale, individu-gebaseerde maatschappij. Emancipatie functioneert hierbij als eerste stap om economische participatie en vitalisering van de mondiale economie te bereiken.

Het is de hoogste tijd dat christelijke organisaties, scholen en politieke partijen wakker worden. Nu SDG nog niet volledig is geïmplementeerd en nog geen juridische basis heeft, is er alle vrijheid om zich kritisch op te stellen en een duidelijke positie te bepalen voor de eigen identiteit. Wie kritiekloos meedoet, omdat er ook mooie duurzaamheidsdoelstellingen zijn, haalt een paard van Troje binnen. SDG vraagt om bezinning op de eigen identiteit en praktijk, alsook om positiebepaling in gezamenlijk overleg met beroepsorganisaties. Wie nu geen plannen maakt, kan straks voor een voldongen feit staan.


Gepubliceerd: 16-11-2022