Commentaar: Maria. God negeert vrouwen niet

Maria_L'_Annonciation_de_1644,_Philippe_de_Champaigne.
Leestijd: 4 minuten

In de Apostolische Geloofsbelijdenis worden slechts twee menselijke personen bij name genoemd, een gelovige en een ongelovige. Beiden vormden ze een belangrijke schakel in de keten van Gods raadsplan. De een deed dat tegen wil en dank; hij was een man, namelijk Pilatus. De ander deed het gewillig; zij was een vrouw, namelijk Maria. Tot lering en bemoediging.

In deze tijd van het jaar lezen we weer Lukas 1 en 2. Opmerkelijk, hoe belangrijk daarin huwelijk en gezin zijn (ik schreef daarover tijdens Advent 2021 een Bijbelstudie). Even opmerkelijk, hoe belangrijk hier de persoon van Maria is. Tegen wie anders wordt gezegd: “Wees gegroet, gij begenadigde! De Heere is met u. Gij zijt gezegend onder de vrouwen!”

Misplaatste waardering

In de Rooms-Katholieke traditie heeft dit geleid tot een bijzondere positie van Maria in de spiritualiteit. Daarbij speelt een rol, dat in de Latijnse vertaling (de Vulgata) het Griekse ‘begenadigde’ vertaald is met gratia plena, oftewel ‘vol van genade’ (waarvan ze dan dus volgens de Rooms-Katholieke leer kan uitdelen). In sommige landen, zoals Polen, betekent het zelfs dat Maria belangrijker is dan Jezus Christus. Maar de diverse dogma’s over Maria en de verering van Maria rusten op drijfzand. Er is geen reden om Maria op een voetstuk te zetten ter verkrijging van genade of versterking van het geloof. Sterker nog, de Heere Jezus wijst haar terecht (Joh.  2:4), zet haar achteruit (Matth. 12:50, Luk. 11:27-28) en toont haar hulpbehoevendheid (Joh. 19:26-27). Als prof. dr. A. Huijgen in zijn stevige Maria-studie een lans breekt voor een bepaalde Maria-devotie, bewijst hij de kerken geen dienst.

Terwijl Huijgen nog niet zo ver gaat, gebruiken anderen Maria (en andere vrouwen rondom Jezus) als ondersteuning van hun pleidooi voor de vrouw in het ambt, zoals het rapport van de GKv: “In de evangeliën horen we al hoe op de Paasmorgen vrouwen verkondigend op weg gingen en op de Pinksterdag worden vrouwen door de heilige Geest ingeschakeld bij de verkondiging van de grote daden van God. (…) Dit biedt een basis om hen in onze huidige tijd als predikant te laten fungeren.” (Elkaar van harte dienen, p. 25). Mij valt juist iets anders op: Maria kreeg een plaats bij alle heilsfeiten: geboorte, lijden, opstanding, uitstorting van de Heilige Geest. Zij heeft meer van Jezus geweten dan wie dan ook. Toch is zij (zelfs zij!) geen apostel geworden. Maria kreeg een hoge plaats in Gods Woord, maar niet in het ambt. Nergens wordt ook maar iets weergegeven wat lijkt op ambtelijke werkzaamheid.

Terechte waardering

Wat zeggen de hoge woorden van de engel dan wel? Waarom is zij ‘gezegend onder de vrouwen’? Dat vertelt de engel verderop: ‘dat Heilige, dat uit u geboren zal worden, zal Gods Zoon genoemd worden’ (Luk. 1:35). Paulus onderstreept dit in Galaten 4:4: Gods Zoon is ‘geworden uit een vrouw’.

Dat is wonderbaarlijk, omdat de vloek die over de vrouw kwam (Gen. 3:16) juist haar zwangerschap en baren raakte.

In het Evangelie wordt dit dus omgekeerd. Maria heeft iets van Eva, die door Adam ‘moeder aller levenden’ genoemd wordt (Gen. 3:20). Tegelijk: zoals in Gods ‘moederbelofte’ (Genesis 3:15) Eva wegvalt, zo is het ook bij Maria. Niet zij staat centraal, maar haar Zoon. Het gaat er dus niet om dat Maria iets wordt, maar dat zij Iemand krijgt. Zij krijgt genade en zij krijgt een Zoon.

Daarvoor was zij onmisbaar. Nee, niet zij als specifiek individu, maar juist als vrouw. Waarom God Maria heeft uitgekozen weten we niet, behalve dat ze uit het huis van David kwam – hier is Gods vrije genade verheerlijkt. We weten echter wel waarom Hij een vrouw heeft uitgekozen: omdat die, en die alleen, tot moeder geroepen kon worden.

Waardering voor vrouwen

Aan tegenstanders van de vrouw in het ambt wordt nog wel eens de volgende vraag gesteld: ‘Er is in de kerk één terrein waarvan vrouwen uitgesloten worden: het ambt. Is er zo ook iets waarvan mannen uitgesloten worden?’

Nu zijn die taken er natuurlijk wel, zoals kinderoppas. Dit is echter doorgaans geen beschreven beleid, maar een ongeschreven regel. Er is natuurlijk ook geen Bijbeltekst om je op te beroepen. Maar iets als kinderoppas (en bijvoorbeeld zondagsschooljuf of bezoekdame) ligt wel in het verlengde van dat ene vrouwelijke ambt: het moederschap. In discussies rondom de vrouw in het ambt wordt vaak verwezen naar 1 Timotheüs 2:12: ‘ik laat de vrouw niet toe dat zij lere’. Vers 15 blijft dan vaak onderbelicht: ‘zij zal zalig worden in kinderen te baren’. Deze twee zaken horen echter direct bij elkaar. Man en vrouw mogen allebei dienstbaar zijn in het Koninkrijk van God. Mannen in sommige gevallen als ouderling, vrouwen in veel gevallen als moeder. De vloek van Genesis 3:16 wordt veranderd in een zegen wanneer een vrouw, in navolging van Maria, moeder mag zijn met het oog op Christus. Wie is voor de kerkgeschiedenis tot meer zegen geweest, Aurelius Augustinus of Monica, Charles Hadden Spurgeon of zijn moeder die hij een ‘moeder in Israël’ noemt, Octavius of zijn moeder Mary Winslow? De moeders verbleekten vaak bij de aandacht die hun zoons kregen, maar wellicht ligt daarin juist hun grootste ‘verdienste’. Maria was een begenadigde, niet omdat zij aandacht voor zichzelf vroeg of kreeg, maar juist omdat zij naar de achtergrond verdween. In dat ‘zichzelf wegcijferen’ zijn veel vrouwen hun man tot lering. Want dit is echte genade, waar ik niets ben en God alles wordt. Want Maria zong: ‘nederigen heeft Hij verhoogd’

Ook interessant

Is “de-gendering” zonde?

Stel, je bent een vrouw en je wil in transitie. Wat zou je dan van je voorganger willen horen? John Piper heeft