Steeds meer christelijke stellen zien – om allerlei redenen – af van het krijgen van kinderen. Bij alle argumenten die genoemd worden, moet de christelijke traditie ook spreekrecht krijgen.
Binnen het christendom bestaat een nauwe band tussen seksualiteit en voortplanting. Het is de eerste – niet de enige – opdracht die God verbindt aan het huwelijk (Genesis 1 vers 24). De God die leven is, schakelt mensen in bij het doorgeven van leven. Vruchtbaarheid is geen kruis, maar een weerspiegeling van Gods wezen, zowel naar binnen (de Vader die de Zoon voorbrengt) als naar buiten (als Schepper van alle dingen). Heel het Oude Testament ademt de vreugde over de gave van het leven, alsook het verdriet als de kinderzegen uitblijft. Augustinus noemt de voortplanting als een van de drie bedoelingen van het huwelijk; het Engelse Book of Common Prayer zegt dat het huwelijk is ingesteld ‘voor het voortbrengen van kinderen, om opgevoed te worden in de vrees en vermaning van de Heere en tot eer van Zijn heilige naam’.
Dick Schinkelshoek (ND 13 mei) heeft gelijk als hij stelt dat de kinderzegen vooral een oudtestamentisch thema is en het Nieuwe Testament er weinig over zegt. Toch horen ook in het Nieuwe Testament kinderen als vanzelfsprekend bij het huwelijk. Gehuwde jonge vrouwen krijgen het advies ‘hun kinderen lief te hebben’, vrouwen worden ‘zalig’ in de weg van kinderen baren, een opziener/ouderling moet ‘gelovige kinderen’ hebben (zie de bijbelboeken Titus en Timoteüs).
De intentie en openheid om kinderen te ontvangen zijn binnen de christelijke traditie als wezenlijk en constitutief beschouwd voor een huwelijk (tenzij dit vanwege leeftijd of medische oorzaken niet mogelijk is). Zorg om het klimaat is geen geldige reden hiervan af te zien. Het is een ondeugdelijk argument, zoals de bevolkingsdeskundige Michel Schooyans heeft aangetoond (Le prix humain de la mondalisation, Paris 2015). Geboortegroei is niet de kern van het probleem, eerder ongeremde groei en stijgende welvaartsbehoefte. Dat vraagt om een andere levensstijl.
Nieuwe gedachte
Wie klimaatzorg wel een legitieme reden vindt om af te zien van kinderen, zou niet moeten trouwen. ‘Vruchtbaarheid en de wil tot voortplanting behoren wezenlijk bij het huwelijk en zijn een implicaat van de acte van de coïtus’, aldus de Utrechtse hoogleraar Hans de Knijff. Tot de jaren dertig van de vorige eeuw waren er weinigen die daaraan twijfelden. Pas nadat de Anglicaanse kerk als eerste voorzichtig ruimte zag voor anticonceptie binnen het huwelijk werd deze consensus doorbroken. De gedachte dat je kunt trouwen en niet openstaan voor kinderen is dus betrekkelijk nieuw en zonder de anticonceptiecultuur niet denkbaar.
Protestanten hebben deze ontwikkeling vrij snel aanvaard. Als de Bijbel er ‘niets over zegt’ gaan protestanten vaak pragmatisch en ad hoc te werk. Anders ligt dat in de rooms-katholieke traditie. Johannes Paulus II heeft in de jaren tachtig de vragen rond seksualiteit en vruchtbaarheid diepgaand doordacht vanuit zijn ‘theologie van het lichaam’. Hij ziet de loskoppeling van seksualiteit en vruchtbaarheid als strijdig met de aard van de liefde. Liefde is immers een algehéle zelfgave, inclusief je lichaam en vruchtbaarheid, aan de ander.
Tevens zag hij het gevaar van een onbewust dualisme op de loer liggen. In zijn optiek leidt het tot een reductie van de menselijke persoon. Een wezenlijk aspect van het lichaam – de vruchtbaarheid van man of vrouw – wordt immers uitgeschakeld. Het lichaam wordt dan een ‘instrument’ om seksuele gemeenschap te hebben, maar het fungeert niet meer als wezenlijk onderdeel van de menselijke persoon. Vruchtbaarheid is op deze manier geen intrinsiek aspect van de persoon, van wie je bént, maar iets waarvan je al dan niet gebruik kunt maken. Daarnaast schakelt anticonceptie het scheppend vermogen dat de Schepper in de menselijke seksualiteit gelegd heeft, uit. De essentiële dimensie van huwelijk en seksualiteit wordt opgegeven.
Serieus nemen
Johannes Paulus II – en voor hem Paulus VI – waarschuwde voor de schaduwzijden van de anticonceptiecultuur. Zij zagen een trivialisering van seksualiteit aankomen. Vorige generaties beseften dieper dan wij dat seksualiteit verantwoordelijkheid meebrengt. Er kan nieuw leven ontstaan – en dat vraagt levenslang commitment. Dat besef is weggesleten. Zijn we wel opgewassen tegen de verleiding om weg te lopen van de verantwoordelijkheid die seksualiteit met zich meebrengt?
Protestanten (en katholieken) zouden er goed aan doen Johannes Paulus II hierin serieus te nemen. Het helpt om de waarde in te zien van het eeuwenoude standpunt dat seksualiteit en vruchtbaarheid echt iets met elkaar te maken hebben.
‘Voortplanting hoort bij huwelijk’, in: Nederlands Dagblad, 23 mei 2023