Binnen de opdracht van ouders om hun kinderen op te voeden in het geloof tot Godsvreze, hoort ook de seksuele opvoeding. Welke hulpmiddelen en boeken zijn hiervoor beschikbaar? Ds. De Vries bespreekt er enkele. Sommige boekjes zijn wat verouderd, een recent boek mist helaas volledig de Bijbelse norm en het Evangelie, zodat slechts cultuurchristendom overblijft. In het Engels is er wel een goede serie verkrijgbaar. Dit artikel is voor ouders een aansporing om de seksuele opvoeding met vreugde en vastberadenheid ter hand te nemen, biddend om Zijn genade, “in de wetenschap dat Hij ons verhoren wíl”.
De taak van een oudere generatie naar de volgende generatie
Binnen de christelijke kerk heeft de oudere generatie de taak de inhoud van het geloof, de inhoud van de Bijbelse boodschap over te dragen aan de nieuwe generatie. Het geloof in het hart ontsteken kan de oudere generatie bij de nieuwere generatie niet doen. Dat is het werk van de Heilige Geest. Die maakt van kinderen des toorns – en dat zijn ook kinderen die in een christelijk gezin mogen opgroeien en bij de christelijke kerk behoren – kinderen van God door hen van schuld te overtuigen en hen in staat te stellen en gewillig te maken bij Christus te schuilen.
Van groot belang is wel dat de Bijbelse boodschap helder en duidelijk tot het oor van de nieuwe generatie wordt gebracht. Door ouders, in de kerken, op scholen. Dat geldt zeker ook van het Bijbelse getuigenis over seksualiteit en de heiligheid van het huwelijk. Seksualiteit is bedoeld voor het huwelijk tussen één man en één vrouw.
Seksuele relaties daarbuiten houden een mens, tenzij hij zich bekeert – en dan is er voor de grootste van de zondaren een weg terug – buiten het nieuwe Jeruzalem. Daar laat de Schrift geen enkel misverstand over bestaan. Dat Bijbelse geluid wordt ook op goede wijze weergegeven in de gereformeerde belijdenis. Dan denk ik concreet aan de zondagsafdelingen 32 en 41 van de Heidelbergse Catechismus.
Seksualiteit als zodanig is niet zondig. Het is een scheppingsgave van God en van alle gaven van God mogen wij met dankzegging genieten, maar dan altijd wel binnen de kaders die Hij stelt. De Vroege Kerk deed niet volledig recht aan dit getuigenis. Men waardeerde het huwelijk als inzetting van God, maar meende toch dat een celibatair leven daar per definitie boven uitging. Het huwelijk was goed, maar om God echt te behagen moest je ervan afzien. De Reformatie was ook hierin een terugkeer naar de Schrift.
Licht op de kandelaar: seksuele reinheid
Als mij de vraag wordt gesteld hoe de seksuele ontwikkeling zonder de zondeval zou zijn verlopen, moet ik eerlijk bekennen dat ik niet overal een antwoord op kan geven. Waar gaat het gezonde verlangen van een jongen naar een meisje verbonden met het gebed of de Heere hem een vrouw in Zijn gunst wil geven, over in ongezonde seksuele fantasieën die ons schuldig stellen voor God?! Dan is het niet zo simpel aan te geven waar precies de grens ligt.
Zeker is wel dat de zondeval ontwrichtend en ontsporend heeft gewerkt. Als er één terrein is waarop dat wel heel duidelijk merkbaar is, is dat het terrein van seksualiteit. We moeten niet denken dat zonden op andere terreinen minder ernstig zijn. Maar het is toch niet zonder betekenis dat de oudtestamentische profeten afgoderij en seksuele onreinheid meer dan eens in één adem noemen. Zowel onder de oude bedeling als onder de nieuw bedeling moet de gemeente des Heeren zich niet in de laatste plaats op het punt van seksuele reinheid van haar omgeving onderscheiden.
De omslag over het denken over huwelijk en seksualiteit
Tot vóór enkele generaties geleden – concreet denk ik aan de jaren zestig van de vorige eeuw -werd het Bijbelse getuigenis over huwelijk en seksualiteit breed in de samenleving gedragen. Ook door hen die geen band hadden met de christelijke kerk. Dat wil niet zeggen dat men altijd naar dit getuigenis leefde. Echter, als men dat niet deed, besefte men dat dit zonde was.
Dat ligt inmiddels heel anders. Niet alleen buiten de kerk maar ook daarbinnen. Vooruitgrijpen op het huwelijk is meer regel dan uitzondering geworden. Dit komt mede door de anticonceptiemiddelen die in de tweede helft van de vorige eeuw werden ontwikkeld.
In veel gemeenten – helaas ook binnen de gereformeerde gezindte – is het feit dat jongelui op het huwelijk vooruitgrepen, geen enkele verhindering dat aan hun huwelijk – ook al is er geen sprake geweest van schuldbelijdenis – Gods zegen wordt meegeven. Het blijkt ook geen verhindering te zijn om belijdenis van het geloof af te leggen en daarmee toegang te ontvangen tot het Heilig Avondmaal. Dat bij het belijden van het geloof een godzalige levenswandel behoort, is kennelijk losgelaten.
Zeker in de gereformeerde gezindte wil men veelal nog wel toegeven dat hier sprake is van zonde, maar welbewust kijkt men de andere kant op. Ook in de trouwjurk waarmee tal van bruiden een kerk binnengaan, laat men zien dat Christus wel met de lippen beleden wordt maar niet nagevolgd. Openlijk laat een gemeente dan zien dat het niet zwaar tilt aan de noodzaak van waarachtige bekering.
“De mens en zijn genoegens zijn het uitgangspunt geworden.”
De mens en zijn genoegens zijn het uitgangspunt geworden. Dat verklaart dat de ernst van echtscheiding wordt gerelativeerd en men ook ruimte gaat zien voor homoseksuele relaties. Dan stelt men dat zo’n relatie acceptabel is als zij door liefde en trouw wordt gedragen. Echter, verzwegen wordt dat liefde tot God en Zijn geboden, en trouw aan Zijn Woord onverenigbaar zijn met zo’n relatie. In deze samenleving en in een klimaat waar menige gemeente diepgaand door de geest van de tijd is beïnvloed, leven wij en groeit een nieuwe generatie op.
Het belang van toerusting: ‘Kijk, dat ben ik’ en ‘Een prachtig plan’.
Wat is het dan belangrijk dat ouders een helder geluid geven en een voorbeeld zijn voor hun kinderen. Dat op scholen het toevertrouwde pand wordt bewaard en doorgegeven en dat het onderwijs dat in de kerken in prediking en catechese wordt gegeven, helder, duidelijk en Bijbels is.
Ouders, leerkrachten en ambtsdragers kunnen dan geholpen worden met materiaal dat een Bijbels karakter draagt. Materiaal dat ingaat op de biologische aspecten van seksualiteit en dat die biologische aspecten in een Bijbels kader plaatst en aangeeft hoe je het één in relatie tot het ander aan kinderen en jongelui doorgeeft.
Dan kunnen we niet zeggen dat dit materiaal in overvloed aanwezig is. Ongetwijfeld zijn er op dit punt artikelen te vinden die op een goede manier richtinggevend zijn. Met boeken ligt het anders. Nu hoeven er niet veel boeken te zijn, als de boeken die er zijn maar werkelijk bijdragen aan een goede overdracht van de Bijbelse boodschap over huwelijk en seksualiteit. Ik vraag in dit kader aandacht voor een aantal publicaties.
In mijn boekenkast heb ik een boekje van mevr. A Teerds-Gertenbach waarvan in 1994 een eerste druk verscheen en in 1999 een derde druk. Het heet Kijk dat ben ik en is bedoeld voor jongens in de leeftijd van tien tot dertien jaar. Zij heeft onder dezelfde titel ook een boekje geschreven voor meisjes van tien tot dertien jaar. Het kan jongens en meisjes van deze leeftijd in de handen worden gedrukt. Voor ouders biedt het meerdere handvatten om met hun zoon/zonen en dochter/dochters in gesprek te gaan.
Een recentere publicatie is het boekje Een prachtig plan, geschreven door Mirjam Both. De auteur staat voor de klas in het basisonderwijs. Het boekje dat zij schreef is een zeer geschikt hulpmiddel om met kinderen in de basisschoolleeftijd in gesprek te gaan over de thema’s van huwelijk, echtscheiding, homoseksualiteit en genderidentiteit. Tegenover de heersende norm dat kinderen zelf mogen kiezen wie zij zijn en hoe zij seksuele relaties vorm geven, wijst Both op de Bijbelse weg. Terecht geeft zij aan dat als ouders en leerkrachten hierover niet met kinderen in gesprek gaan om de kinderen de Bijbelse kaders en antwoorden aan te reiken, anderen dat zullen doen. En dan weten we allemaal dat zij allesbehalve Bijbelse antwoorden zullen horen.
Both schreef haar boekje in de vorm van verhalen over Jort en Suze. Deze vorm brengt de boodschap voor kinderen heel dichtbij. Elk hoofdstuk begint met een samenvatting van het voor te lezen verhaal en geeft aan welke thema’s aan bod komen. Aan het slot wordt in aansluiting op wat al is geboden nog eens nadrukkelijk aan de orde gesteld dat wij allemaal – kinderen en volwassenen – dagelijks moeten zien op Jezus als de Leidsman en Voleinder van het geloof om te doen wat God van ons vraagt. Dan bemerken we dat het niet altijd even gemakkelijk is naar Gods wil te leven. De strijd die dat kost, maakt ons juist meer gelijkvormig aan de Heere Jezus.
Voorlichting zonder Bijbelse kaders en zonder het Evangelie: ‘Wonderlijk en Waardevol’
Nadat ik het boekje van Mirjam Both had gelezen, kreeg ik van een evangelische oudste met wie ik bevriend ben en wiens kinderen zowel een reformatorische basisschool als middelbare school bezochten, een boek in mijn handen gedrukt van Elly van der Gouwe-Dingemanse met de titel Wonderlijk en waardevol en als ondertitel Alles wat je wilt weten over jongens en meiden, over verliefdheid, knuffelen, seksualiteit en nog veel meer. Omdat dit een boek uit reformatorische hoek is, was hij benieuwd hoe ik daar over dacht.
Eerlijk gezegd heb ik mij nooit zo reformatorisch gevoeld. Ik groeide op voordat de reformatorische zuil opkwam en weet mij een christen die zijn geloof het diepst vertolkt ziet in de gereformeerde belijdenis en zo met anderen in gesprek wil gaan en als dienaar van het Woord het Evangelie verspreiden. Dan is voor mij niet een groep of kring uitgangspunt, maar het onveranderlijke Woord van God. Dat kan beslag leggen daar waar het tot dusver niet het geval was, terwijl ook de doorwerking kan tanen of verdwijnen waar die te zien viel. Maar dit terzijde.
Wonderlijk en waardevol geeft op het niveau van kinderen op de basisschool uitleg over een jongens- en meidenlichaam en wat er verandert bij het volwassen worden. Als gesteld wordt dat iedereen verliefd kan worden tot peuters en kleuters toe, maak ik de kanttekening dat daarmee de uitdrukking ‘verliefd worden’ wel erg wordt opgerekt. Ik zou het woord verliefd niet gebruiken, voordat er sprake is van het ontwaken van de seksualiteit.
Ingrijpender is dat de verwijzing naar wat de Schrift zegt, als gesteld wordt dat jongens op elkaar verliefd kunnen worden, ontbreekt. Wel lezen we van een oom die homo is en naar de kerk gaat. Wat ontbreekt is dat op kinderlijke wijze wordt verwoord dat niet elke kerk een openbaring van de kerk van Christus is.
De schrijfster laat Eva zeggen: ‘Ruben als jij verliefd wordt op jongens, blijven wij gewoon vrienden.’ Wij moeten kinderen leren niet op anderen neer te zien, maar dat betekent niet dat wij het gedrag en de opvattingen van anderen niet mogen en moeten afkeuren als zij strijdig zijn met Bijbelse normen. Dan horen vriendelijkheid en duidelijkheid samen te gaan.
In Wonderlijk en waardevol ontbreekt het Bijbelse getuigenis over huwelijk en seksualiteit helemaal. Zo lezen we dat het doel van verkering is elkaar te leren kennen en uitzoeken of je bij elkaar wilt horen. De noodzaak van het gebed om een jongen of meisje te ontvangen die Christus kent en liefheeft, ontbreekt.
Zonder enige kanttekening lezen we dat in Nederland mensen van het hetzelfde geslacht mogen trouwen. We lezen wel dat ieder gezin bijzonder is. Dan worden niet alleen pleeggezinnen, maar ook homogezinnen genoemd. Een Bijbels kader, verwoord op kinderniveau, ontbreekt. Ook als echtscheiding ter sprake komt, blijft de Bijbel gesloten.
Als het gaat om geslachtsdelen vinden we de terechte aansporing bepaalde woorden niet te gebruiken. Ook vinden we een indringende waarschuwing tegen pornografie. Echter de pretentie dat dit boek uit christelijk perspectief is geschreven, wordt door de inhoud niet waargemaakt. Het enige christelijke zijn de verwijzingen naar een vorm van cultuurchristendom. Zo wordt er gewaarschuwd tegen het gebruik van schuttingwoorden; er wordt vermeld wat een kerkelijk huwelijk is, en van een oom die homo is, wordt vermeld – en dan neem ik aan een homoseksuele relatie heeft – dat hij naar de kerk gaat.
Niet alleen komen de Bijbelse kaders (Gods geboden) van huwelijk en seksualiteit niet ter sprake, maar daarnaast moet worden geconstateerd dat het Evangelie geheel ontbreekt. De naam van Jezus komt nergens voor. Ik vind dat volkomen onbegrijpelijk. Gods geboden gelden hoe dan ook alle mensen, maar om werkelijk te doen wat God van ons vraagt – en dan lukt ons dit in dit leven maar heel ten dele – hebben we sinds de zondeval het Evangelie nodig.
Als dat ergens duidelijk is, is het op het terrein van huwelijk en seksualiteit. Ik denk aan de woorden van Paulus: ‘Laat ons, als in den dag, eerlijk wandelen; niet in brasserijen en dronkenschappen, niet in slaapkamers en ontuchtigheden, niet in twist en nijdigheid; Maar doet aan den Heere Jezus Christus, en verzorgt het vlees niet tot begeerlijkheden.’ (Rom. 13:13-14). Ik kan mij niet voorstellen hoe het mogelijk is rein en heilig te leven zonder geloof in de Heere Jezus Christus.
Voor de schrijfster zelf is het boek uit christelijk perspectief geschreven, omdat het uitgangspunt is dat ieder mens waardevol is en door God geschapen. Nog afgezien van het feit dat zij geen recht doet aan het Bijbelse gebod, is dit slechts een samenvatting van wat wij lezen in Genesis 1-2. Sinds de zondeval moet daaraan worden toegevoegd dat de mens een kind des toorns is. Hij heeft om toegang tot God te krijgen verzoening door Christus’ bloed en wedergeboorte nodig.
Een mens voldoet pas aan zijn diepste bestemming als hij leert leven uit het geloof in Christus. Zonder dat geloof is het in een samenleving als de onze steeds minder waarschijnlijk dat men het, als het gaat om het leven naar Gods geboden, even ver brengt als de rijke jongeling. En ook dan moet gezegd worden dat ‘nog één ding ons ontbreekt’.
Biologisch biedt Wonderlijk en waardevol voor kinderen en daarmee ook voor ouders die met hun kinderen daarover in gesprek willen gaan, goede en zinvolle informatie. Het geeft echter nergens handvatten om de Bijbelse kaders en het Evangelie in relatie tot het thema van seksualiteit aan de orde te stellen. Daarin schiet het voor ouders, die hun kinderen ook hierin tot Christus willen leiden, fundamenteel tekort. Het is ook voor scholen die echt scholen met de Bijbel (een open Bijbel) willen zijn, geen geschikt hulpmiddel om de Bijbelse boodschap van huwelijk en seksualiteit aan kinderen door te geven. De pretentie dat het een christelijk perspectief biedt, wordt door de inhoud niet waargemaakt.
Mijn evangelische kennis heb ik dan ook gezegd dat als dit reformatorisch is, ik heel nadrukkelijk niet reformatorisch ben en dat ik zijn zorgen over deze publicatie helemaal deel. Ik ben allereerst een christen die het Evangelie belijdt en weet van de blijvende en universele geldigheid van Gods wet. Ik ben een gereformeerd christen, omdat ik weet dat ik nooit voor de Heere Jezus Christus zou zijn gaan leven, als Hij mij niet eerst had liefgehad.
Als kerken en instellingen die zich reformatorisch noemen, niet onvoorwaardelijk vasthouden aan de Bijbel als stem van de levende God en gids naar het nieuwe Jeruzalem, verliezen zij hun bestaansrecht. De kerk van Nederland is in verval en heeft heel sterk een opleving nodig. Hoe dan ook moet telkens weer een nieuwe generatie de kracht van de Bijbelse boodschap leren verstaan en dan zijn we tenslotte aangewezen op de werking van Gods Geest.
Leren van de wereldkerk: De serie ‘Learning about Sex’
Inmiddels heb ik al meerdere jaren een zeer goed mailcontact met de redacteur van het Bijbel-commentaar Concordia Commentary. Een commentaar uit de kring van de Lutheran Church Missouri Synod, een meer dan vijf miljoen tellend kerkgenootschap dat trouw wil zijn aan de lutherse belijdenis. Ik vroeg hem of zij materiaal hebben op dit terrein en dat bleek het geval te zijn. Zowel gericht op jongens als op meisjes verzorgt Concordia Publishing House, de huisdrukkerij van de Lutheran Church Missouri Synod, uitgaven die bedoeld zijn om binnen het christelijke gezin over huwelijk en seksualiteit te spreken.
De serie als geheel heeft de titel Learning About Sex. Het gaat over twee keer zes deeltjes, waarbij de ene groep van zes deeltjes zich op jongens richt en de andere op meisjes. Als het gaat om kinderen/jongelui in de hogere klassen van de basisschool leeftijd en de eerste klassen van de middelbare school zijn vooral de deeltjes 3 en 4 uit deze series van belang. Zelf schafte ik deze deeltjes in de serie voor jongens aan om een indruk van de serie te krijgen.
In de Verenigde Staten is er de mogelijkheid christelijke scholen te stichten, maar die moeten ouders zelf volledig bekostigen. Menig ouder in de Verenigde Staten geeft zijn kinderen thuisonderwijs. Niet alleen vanwege het seculiere karakter van het openbare onderwijs, maar ook vanwege de lage kwaliteit.
Ouders zijn altijd de eerst verantwoordelijke voor de opvoeding. Zeker ook voor de seksuele opvoeding van hun kinderen. Maar minder dan in Nederland het geval is – of ‘was’ – kan men in dit opzicht een positieve bijdrage van de school verwachten. Het verschilt van staat tot staat, maar bij het openbare onderwijs is veelal het tegendeel het geval.
Bij het lezen van de deeltjes van de serie Learning About Sex voel je je geestelijk wel in een heel andere wereld dan bij het lezen van Wonderlijk en waardevol. Ik kom terecht in een wereld waarin zonder terughoudendheid gesproken wordt over seksualiteit in relatie tot Jezus Christus als Zaligmaker en de boodschap van vergeving van zonden en bekering tot God.
De serie roept ouders ertoe op om vroeg te beginnen met het geven van onderwijs op seksueel gebied aan hun kinderen. Menige jongere klaagt erover dat zijn ouders er te weinig over zeiden en er te laat mee begonnen. Van allerlei kanten en op allerlei manieren worden kinderen én in de Verenigde Staten én in Europa al heel vroeg met dit thema geconfronteerd. Dat maakt het des te urgenter dat zij al heel jong van de Bijbelse kaders en de Bijbelse boodschap over huwelijk en seksualiteit horen.
Uitgangspunt van de serie is dat God de mens als man en vrouw heeft geschapen om Hem lief te hebben en medemensen te dienen. Alle fasen van de ontwikkeling van de seksualiteit worden toegespitst op jongens en meisjes in de serie belicht.
Ook deze serie zet in met dat God ons wondervol maakte. Er wordt op gewezen dat het feit dat God met Zijn liefde tot ons komt, niet betekent dat Hij alles liefheeft wat wij doen. Nadrukkelijk wordt erop gewezen dat wij sinds de zonde in de wereld kwam zondaren zijn, maar ook dat God nieuw leven geeft door Jezus Christus. Elke dag hebben we de Heilige Geest nodig om te strijden tegen de duivel, de wereld en ons zondige bestaan. Heel nadrukkelijk staat het onderwijs over seksualiteit dat aan kinderen en jongelui wordt gegeven in het teken van Jezus als Zaligmaker in Wie God in Zijn liefde tot ons komt.
Ik moet in alle eerlijkheid wel de kanttekening maken dat de vrij massieve lutherse sacramentsleer ook in deze serie doorklinkt. Er wordt zonder reserve vanuit gegaan dat elk gedoopt kind een kind van God is, al wordt vervolgens wel concreet aangegeven dat dit blijkt in geloof in Christus en het vragen om de werking van Gods Geest. Dan nog meen ik dat wij op grond van de Schrift onderscheidenlijker moeten spreken.
Dat neemt niet weg dat in deze serie het geloof in Christus en de werking van Gods Geest metterdaad een plaats hebben in het geven van onderwijs over seksualiteit. Iets wat ik, zoals ik aangaf in het boek Wonderlijk en waardevol helemaal miste. En zeker is dat ouders en leerkrachten mogen en moeten benadrukken dat God al in het hart van het kleinste kind wil werken en dat hoe dan ook kinderen moeten worden verteld dat zij de genade van de Heere Jezus Christus en de kracht van de Heilige Geest nodig hebben en er ook om mogen vragen in de wetenschap dat God hen wil verhoren.
In het deeltje geschreven voor jongens van 9 tot 11 jaar komt naar voren dat de veranderingen die zij in hun lichaam ervaren deel uitmaken van Gods scheppingsplan. Het volgende deeltje voor jongens van 12-14 jaar bouwt daarop voort. Daarin komt ook homoseksualiteit aan de orde. Travestie en transseksualiteit worden aangestipt, maar niet breed uitgewerkt.
Bij een volgende druk zou het gezien alle maatschappelijke ontwikkelingen goed zijn iets over homoseksualiteit al in het deeltje voor jongens van 9-11 jaar naar voren te brengen. Dat geldt ook voor de ontwikkeling van het lichaam van het meisje dat in dit deeltje voor jongens wordt beschreven. Maar dat terzijde. Daarnaast zou het verschijnsel transseksualiteit breder moeten worden belicht. Want juist op dit terrein zijn de ontwikkelingen sinds 2015 (het jaar waarin de laatste versie van Learning About Seks verscheen) verder zijn gegaan.
Evenals in het vorige deeltje wordt ook in dit deeltje het unieke karakter van het huwelijk tussen één man en één vrouw onderstreept. Seksuele omgang daarbuiten stelt ons schuldig voor God en vraagt om bekering. De realiteit van homoseksuele gevoelens wordt niet ontkend. Van belang is dat jongelui erop worden gewezen dat degenen die deze gevoelens hebben, daar zelf niet voor hebben gekozen. Het is van belang mee te leven, maar dan wel vanuit de overtuiging dat deze gevoelens niet in daden mogen worden omgezet.
De boodschap die wordt meegeven, is dat zij die homoseksuele gevoelens bij zichzelf waarnemen, evenals ongetrouwden met heteroseksuele gevoelens, in geloof in Jezus Christus zichzelf moeten verloochenen. Onderstreept wordt dat de vergeving van zonden ook de vergeving van zondige gevoelens betreft, waartegen wij gedurig moeten strijden.
In het kader van gehoorzaamheid aan Gods gebod vanuit het geloof in Jezus Christus komt ook de kleding ter sprake. Ik neem aan dat dit in het deeltje voor meisjes nog meer wordt uitgewerkt, maar jongens worden erop gewezen dat een meisje dat Christus liefheeft, zich eerbaar kleedt.
Jongelui wordt onder de aandacht gebracht dat keuzes die zij in deze fase van hun leven maken, bepalend zijn voor hun hele verdere leven. In dit verband wordt ook het destructieve karakter van pornografie belicht. Dagelijks zien op Jezus is nodig om daarvoor te worden bewaard. Als jongelui struikelen is bekering en schuldbelijdenis nodig, maar dan is er bij God ook vergeving. Heel mooi vind ik dat jongelui erop worden gewezen dat seksuele reinheid en eerbaarheid in kleding heel eenvoudige manieren van evangeliseren mogen zijn.
De zienswijze dat je voordat je trouwt, ervaring moet hebben opgedaan op seksueel gebied, wordt heel nadrukkelijk afgewezen. Al is deze zienswijze in de samenleving algemeen aanvaard, ze is strijdig met het Woord van God. In dit verband wordt ook tegen orale seks gewaarschuwd.
Nog net iets nadrukkelijker dan in deze serie gebeurd, heb ik in prediking en catechese gesteld dat een christelijk huwelijk in principe de bereidheid vooronderstelt dat men van meet af aan bereid is kinderen te ontvangen. Daarbij weet ik dat er zowel lichamelijke als psychische omstandigheden kunnen zijn, die aanleiding geven voor een uitzondering.
Met de kanttekening dat ik meer de notie van tweeërlei kinderen van het verbond tussen de regels door ook in het onderwijs over seksualiteit zou doorgeven, kan ik het lezen van de serie Learning About Sex alleen maar aanbevelen. Naast ouders en ambtsdragers denk ik ook aan leerkrachten. Het zou een zegen zijn als voor scholen die met een open Bijbel willen lesgeven – en dan denk ik zowel aan bassischolen als middelbare scholen –een zelfde soort serie in onze taal verscheen.
Jongens en meisjes worden in het licht van de boodschap van vergeving van zonden en vernieuwing door Gods Geest ertoe aangespoord om zichzelf als waardevol voor God te zien. Vandaaruit klinkt het appel om tot eer van God te leven. Als het om jongelui in de leeftijdscategorie van 12-14 jaar gaat, worden zij in dat kader aangespoord te bidden voor een levensgezel of levensgezellin met wie zij hun leven mogen delen en dat zij daarbij de ander al vanaf het begin van hun relatie respecteren.
Ik besluit dit onderdeel van deze bijdrage met een voorbeeldgebed dat te vinden is in het deeltje voor jongens van 9-11 jaar:
“Heere, help mij, als ik opgroei en verander, als een kind, gered en geheiligd door U, te leven.
U weet wat voor mij het beste is, en U wilt wat voor mij het beste is.
Zelf gaf U mij het beste in Uw Zoon, Jezus.
Ik heb Uw vergeving nodig, omdat ik zwak ben en Uw kracht om mij sterk te maken.
Wilt u mij leiden opdat ik als een kind van U mag leven.
Wanneer ik verzocht wordt om dingen te doen die U niet wilt – in de manier waarop ik mij kleed, de woorden die ik gebruik,
de websites die ik opzoek, de films die ik bekijk of de boeken die ik lees –
helpt U mij dan om tegen deze verzoekingen te strijden, en mij te focussen op wat U van mij vraagt.
Houd mij het goede nieuws voor dat wij in een nieuw leven mogen wandelen,
omdat Jezus aan het kruis stierf en werd opgewekt uit de doden tot heerlijkheid van de Vader.
Ik weet dat dit nieuwe leven in Christus niet gemakkelijk is,
maar ik weet ook dat U mij in staat wilt stellen voor U te leven door de kracht van de Heilige Geest.
Wanneer ik niet zeker ben wat dit nieuwe leven inhoudt of behoort te zijn,
wijst U mij dan op Uw Woord dat mij vertelt dat het een leven is waarbij je vruchtbaar groeit
in ‘liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, goedertierenheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, matigheid’ (Gal. 5:22).
Amen.”
Christus Zelf houdt Zijn kerk in stand
Het is een troostvolle wetenschap dat Christus Zelf Zijn kerk in stand houdt en met haar zal blijven tot aan de jongste dag. Ook in Nederland zien we dat jonge mensen tot bekering en geloof komen. Dat zij zonder reserve naar de Bijbel als de stem van God willen luisteren. Dat neemt niet weg dat er vele zorgen zijn.
Juist omdat de wereldgelijkvormigheid werkelijk alle kerken is binnengedrongen of binnendringt, is het gevaar groot dat wij gewoon en ook geoorloofd gaan vinden wat in het licht van de Schrift niet geoorloofd is. Bij alle ontwikkelingen in het kerkelijk en maatschappelijke leven is het van belang dat wij onderscheid maken tussen hoofdzaken, bijzaken en cultureel bepaalde zaken. Als het gaat om de tweede en zeker de derde categorie mag dat geen reden zijn tot diepe scheiding. Anders ligt het als het gaat om hoofdzaken.
Bij die categorie behoort het Bijbelse getuigenis over huwelijk en seksualiteit. Ik wijs slechts op 1 Kor. 6:9-10: ‘Of weet gij niet, dat de onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet zullen beërven? Dwaalt niet; noch hoereerders, noch afgodendienaars, noch overspelers, noch ontuchtigen, noch die bij mannen liggen, noch dieven, noch gierigaards, noch dronkaards, geen lasteraars, geen rovers zullen het Koninkrijk Gods beërven.’
Helaas wordt lang niet in elke kerkelijke gemeente in Nederland aan dit getuigenis vastgehouden. Het wordt ook lang niet altijd duidelijk doorgegeven. Ook waar men zonde duidelijk als zonde blijft benoemen, durft men niet altijd de gevolgen die de Bijbel aan dit gedrag verbindt, zolang er geen bekering plaatsvindt, expliciet te benoemen. Dan is in die gemeente bekering nodig. Anders zijn het blinden die blinden leiden en die zullen beiden in de gracht vallen. Het zoeken van verbinding mag nooit ten koste gaan van het belijden en bewaren van het Evangelie.
Kerken en instituten kunnen veranderen. Een ware kerk kan in één generatie in een valse kerk veranderen. Kerken, gemeenten en instituten kunnen veranderen. We zien ze ook metterdaad veranderen, en dat niet alleen met betrekking tot cultureel bepaalde zaken en bijzaken, maar helaas ook als het gaat om hoofdzaken.
Dan is het goed te weten dat Gods Woord onveranderlijk is en dat wij ons daarnaar moeten richten. Niet de kerk bepaalt hoe wij het Woord moeten lezen, maar vanuit het Woord weten we wat de kenmerken zijn van de ware kerk. Dan gebeurt het dat de bedding van de stroom waardoor God werkt, zich verlegt. Daarin laat God ook Zijn vrijmacht zien. Hij kan niet meer werken, waar wij dachten dat Hij dat zou blijven doen en kan gaan werken waar wij het nooit hadden verwacht. In gemeenten en kerken waar de boodschap van de ene Naam, de twee wegen en de drie stukken klonk, klinkt die boodschap minder en verdwijnt. Maar er zijn ook voorbeelden dat de woestijn weer gaat bloeien als een roos.
Laat iedereen van ons getrouw zijn op de plaats waar God ons heeft gezet. Laat het wel zo zijn dat wij ons voegen bij een samenkomst waar de boodschap van zonde en genade, van Wet en Evangelie onverkort klinkt, opdat onze ziel niet vergiftigd maar gevoed wordt. Laten wij grote dingen van God verwachten en bovenal uitzien naar de wederkomst. In het nieuwe Jeruzalem zal God alles en in allen zijn.
Mevr. A. Teerds-Gertenbach, Kijk, dat ben ik (Heerenveen: Groen, 1994), hardcover 65 pp., tweedehands verkrijgbaar (ISBN 9050303900)
Mirjam Both, Een prachtig plan. Met kinderen in gesprek over het huwelijk, echtscheiding, homoseksualiteit en genderidentiteit (Amerongen/Eindhoven: Hart voor het gezin/vernieuwd.com, 2020), paperback. 107 pp., €8,95 (ISBN 9789082918151)
Elly van der Gouwe-Dingemanse, Wonderlijk en waardevol. Alles wat je wilt weten over jongens en meiden, over verliefdheid, knuffelen, seksualiteit en nog veel meer (Apeldoorn/Gouda: De Banier/Driestar Educatief, 2020), hardcover 48 pp., €19,95 (ISBN 9789402901511)
Jane Graver, How You Are Changing: For Boys 9-11, serie Learning About Sex, vijfde herziene druk (St. Louis: Concordia Publishing House, 2015), paperback 72 pp., $16,99 (ISBN 9780758649553)
Rich Bimler, Sex & the New You: For Boys Ages 12-14, serie Learning About Sex, vijfde herziene druk (St. Louis: Concordia Publishing House, 2015), paperback 96 pp., $16,99 (ISBN 9780758649577)
Dit artikel publiceerde ds. De Vries op 20 juli 2023 op zijn eigen website.