De vrouw in het ambt?

Pastor David Zadok, Grace and Truth Congregation
Leestijd: 2 minuten

Zie 1 Timotheüs 2:12-13; 1 Korinthe 14:34; Lukas 6:13-16; en Handelingen 6:3-6.

Hoofdpunten uit een lezing van ds. David Zadok (predikant van de gemeente “Grace and Truth” in Israël):

  • Niet onze menselijke gevoelens beslissen, maar Gods Woord moet de doorslag geven.
  • We moeten toegeven dat er veel onrecht is begaan in het maatschappelijk leven, maar we moeten nu oppassen dat we niet doorslaan naar de andere kant. De Heere heeft richtlijnen gegeven voor de positie van man en vrouw.
  • Bovengenoemde teksten zijn niet voor tweeërlei uitleg vatbaar.
  • Wat bedoelt Paulus overigens als hij in 1 Timotheüs 2:12-15 zegt dat niet Adam is verleid, maar de vrouw (zij heeft overtreden)? Romeinen 5:12-21 leert het toch anders? Antwoord: De apostel bedoelt dat Eva de gezinsstructuur heeft doorbroken; ze heeft gehandeld zonder haar man te raadplegen; zo mag het in de gemeente vandaag niet zijn.
  • Vaak wordt gewezen op Galaten 3:26-28 (in Christus is er geen onderscheid tussen man en vrouw). Het gaat daar echter over de weg tot de zaligheid; in dat opzicht is er geen onderscheid.
  • Men zegt dan: Dat heeft op den duur toch ook geleid tot afschaffing van de slavernij? Antwoord: Dat is zeker waar. Maar slavernij is vrucht van de zondeval, terwijl het onderscheid tussen man en vrouw met de schepping is gegeven (door de zondeval verzwaard en verbitterd, maar als zodanig niet verkeerd).
  • Let ook op 1 Petrus 3:1-6 en Openbaring 2:20!
  • Dit alles wil niet zeggen dat de vrouw is uitgeschakeld in het kerkelijk leven of dat ze alleen “koekjes mag serveren”. Volgens Titus 2:3-5 mag ze bijv. andere vrouwen onderrichten. Ook kan ze veel liefdewerk doen: denk aan het opzoeken van zieken, bejaarden, eenzamen, enz.
  • In de genade kan de vrouw soms ver boven de man uitsteken. Er zijn “moeders in Israël” die een zeer grote en zegenrijke invloed hebben. Het kunnen ook bidders zijn voor land en volk.
  • Ook in het Oude Testament lezen we o.a. van Debora, een “profetes” (Richt. 5). Overigens bekleedde zij geen kerkelijk ambt. Ze ging er niet op uit, maar spoorde Barak aan zijn verantwoordelijkheid te nemen. Ze was ook niet aan een heiligdom verbonden.
  • In het OT en vooral in de Joodse traditie had de vrouw een zeer ondergeschikte plaats (men dankte en dankt nog steeds dat men geen slaaf, heiden of vrouw is). Met de komst van Christus is dat heel anders geworden. Denk bijv. aan de Samaritaanse vrouw in Johannes 4.
  • Een mooi voorbeeld is dat van Maria Magdalena. Let vooral op Johannes 20: ze mag als eerste de boodschap aan de discipelen brengen dat Christus is opgestaan. Ze wordt echter niet geroepen tot het ambt van apostel!
  • Er zijn veel taken in de gemeente, er zijn “charisma’s” of geestesgaven (zie Rom. 12 en 1 Kor. 12), maar een vrouw is niet geroepen om te leren of te regeren in ambtelijke zin.
  • Het is de nood van onze tijd dat de vaders geen vaders meer zijn (we leven in het zgn. vaderloze tijdperk) en de moeders geen moeders meer zijn. Zo wordt de samenleving verwoest en gaat de kerk ten onder. Het gezin is immers de cel waaruit de samenleving is opgebouwd. Het gezin moet een kerkje binnen de kerk zijn (een broedplaats en kweekschool van godzaligheid en een vluchtheuvel in een jachtige samenleving).

Ook interessant