Je bekijkt nu <strong>Stop ontkenning van de biologische werkelijkheid: geslacht doet ertoe</strong>

Stop ontkenning van de biologische werkelijkheid: geslacht doet ertoe

  • Bericht auteur:Elise van Hoek-Burgerhart
  • Berichtcategorie:Actueel
  • Laatste wijziging in bericht:3 februari 2023
  • Leestijd:9 minuten gelezen
Leestijd: 5 minuten

In Nederland zijn gender-kritische stemmen nog zwak, schrijft socioloog Elise van Hoek. Wanneer dringt breed het besef door dat de lobby van transactivisten aankoerst op een openlijke ontkenning van biologisch geslacht, onwerkbaar beleid en schade aan kinderen?

De nieuwe transgenderwet waarover de Tweede Kamer dit najaar debatteert, moet het eenvoudiger maken om juridisch van geslacht te veranderen. Een lichaamsveranderende operatie is hiervoor sinds 2014 al niet meer nodig, nieuw is dat een arts of psycholoog niet langer een diagnose hoeft te stellen van genderdysforie (aanhoudend onbehagen over je eigen geslacht). Het woord hiervoor is zelfidentificatie.

En hier zijn we bij de kern van het probleem. Want deze wet creëert een nieuwe werkelijkheid die grote gevolgen kan hebben. Er is dan geen definitie meer van wat een man of een vrouw is. Subjectieve genderidentiteit krijgt voorrang boven biologisch geslacht. Terwijl lichamelijkheid, vrouwelijkheid en mannelijkheid positieve ordenende principes zijn die ertoe doen. Als we die zichtbare biologische realiteit inruilen voor postmodern relativisme, verliezen we daarmee een gedeelde visie op de werkelijkheid.

Een brede culturele beweging

Hierbij is een kanttekening op zijn plaats. In deze bijdrage richt ik me op een oprukkende cultuurstrijd die om tegenwicht vraagt en die mede over de ruggen van kwetsbare transgender personen wordt gevoerd. Dat is onwenselijk. Juist in het belang van mensen die lijden onder genderdysforie, moeten we de ideologie blootleggen. Daarbij gaat het hier niet om de vraag of genderdysforie een aandoening is die wel of niet in de DSM-V (het handboek psychiatrie) thuishoort. Dit is geen medisch-wetenschappelijke discussie, maar vooral een culturele, sociale en uiteindelijk politieke controverse.

Wereldwijd worden SOGI-wetten ingevoerd. SOGI staat voor seksuele oriëntatie en genderidentiteit. Bij wet wordt geregeld dat er geen medische diagnose van genderdysforie meer nodig is, geen hormonale therapie of operatieve ingreep en geen verandering in uiterlijk om van geslacht te veranderen. De realiteit van man of vrouw zijn bestaat alleen nog in het hoofd van de persoon die zegt man of vrouw te zijn. Je kunt je dus een vrouw noemen, maar een penis hebben. Of zeggen dat je een man bent, maar je eigen kind baren.

Zelfidentificatie

Zelfidentificatie is in een aantal landen al praktijk. Een biologische man kan zich vrouw noemen en toegang krijgen tot vrouwentoiletten, kleedruimten of gevangenissen. Vrouwen kunnen zich daar niet alleen ongemakkelijk of onveilig bij voelen, maar het heeft al daadwerkelijk tot fysiek geweld en verkrachting geleid. Binnen de vrouwensport heeft de invloed van transvrouwen grote impact zoals Lia Thomas, de Ivy League-transzwemmer, die als winnaar boven haar teamgenoten uittorent. Als zelfidentificatie bij wet geregeld is, wordt hiertegen bezwaar maken een vorm van discriminatie.

Wat betreft beleid en taal doet Nederland al volop mee om een genderneutrale werkelijkheid te creëren. ‘We promoten diversiteit omdat het essentieel is voor het realiseren van onze strategie,’ vermeldt ING. De gemeente Amsterdam stelde voor haar ambtenaren genderneutrale taaltips op. Dat burgers hier en masse kritisch op reageren, laat zien dat de vraag niet vanuit de samenleving komt maar dat dit onder de radar en vanuit internationale verbanden wordt doorgevoerd.

De ontkenning van de vrouw

Begin april stelde de liberale Australische senator Alex Antic in de Senaat van Canberra de vraag of het ministerie van Volksgezondheid kon definiëren wat een vrouw is. De minister, professor Brendan Murphy, kon slechts na het nodige geschutter toegeven dat er ‘definities zijn hoe mensen zich definiëren’. Labour-partijleider Keir Starmer bekritiseerde al eerder parlementslid Rosa Duffield, die de uitspraak steunde dat ‘alleen vrouwen een baarmoederhals hebben’. Het benoemen van de eigenheid van mannen en vrouwen, zoals genderexpressie of het feit dat geslacht ook sociaal en cultureel doorwerkt, komt steeds meer onder vuur te liggen.

En wie de grenzen loslaat of overgaat, krijgt een podium in de media als dapper inspirerend rolmodel. Maar ook de medische wetenschap neemt positie in. The Lancet werd bedolven onder boze reacties van vrouwen toen zij sprak over ‘lichamen met vagina’s’ terwijl in hetzelfde nummer mannen wel bij naam genoemd werden. Maar het gaat niet alleen om mannen en vrouwen. Binaire onderscheidingen zijn nodig om onderscheid te maken tussen verschijnselen, om ergens een oordeel over te vellen. Het stelt ons in staat een onderscheid te maken tussen goed en kwaad. Het politieke doel van deze beweging is de betekenis van biologisch geslacht, als belangrijk ordeningsprincipe in onze samenleving, op te heffen. Dit leidt onherroepelijk tot wanorde en chaos. Geslacht doet ertoe in regels, wetten, beleid, taal en cultuur.

Sociale druk en sancties

Weerstand gaat gepaard met informele en formele sancties. Vanwege haar kritiek op ‘mensen die menstrueren’ ontving Harry Potter-auteur J.K. Rowling doodsbedreigingen. Haar opvattingen over biologisch geslacht gaven zo veel controverse dat hoogleraar Kathleen Stock zich genoodzaakt zag haar universiteit te verlaten. Werknemers die de ‘nieuwe’ aanspreekvorm van hun non-binaire collega’s niet willen gebruiken, kunnen rekenen op boetes. In ons land stelde het College voor de Rechten van de Mens transvrouw Aleksandra, inclusief penis, in het gelijk. De sportschool zou discrimineren omdat die Aleksandra de toegang tot de vrouwenkleedkamer ontzegde.

Maar de gevolgen kunnen nog ingrijpender zijn. In Canada kwam vader Robert Hoogland in de cel terecht omdat hij niet instemt met de medische transitie van zijn 14-jarige dochter. En in Californië kwam vader Ted voor de rechtbank te staan en werd hij uit de ouderlijke macht ontzet omdat hij de plotseling opgekomen transitiewens van zijn zoon Drew niet steunde.Veranderende opvattingen raken niet alleen wetgeving en beleid, maar ook de levens van jonge tieners.

Stijgende transitiewens bij tieners

Het zou naïef zijn te hopen dat deze ontwikkelingen overzee in ons land wel voorbij waaien. Hoewel de toegang tot transgenderzorg in de Verenigde Staten laagdrempeliger is dan in Nederland, is ook hier de trend ingezet naar affirmatieve (bevestigende) zorg. Mede door lesmethoden van Rutgers en COC raken kinderen al op jonge leeftijd vertrouwd met het idee dat genderidentiteit een keuze is en je geslacht te veranderen is. Bedoeling is dat bij de nieuwe transgenderwet de leeftijdsgrens verdwijnt, zodat jongeren onder de zestien hun geslachtsregistratie kunnen wijzigen. Terwijl vroeger vooral jonge jongens kampten met genderdysforie, melden zich nu toenemend pubermeisjes zich bij de genderpoli.

Deze trend is breder zichtbaar in westerse landen. Daarbij signaleren deskundigen dat de vraag verandert. Waren het eerst kinderen met een duidelijk aanwijsbare geschiedenis van problemen met het eigen geslacht, nu is dat niet meer zo. Er zijn sterke aanwijzingen dat verwarring rond geslacht en gender bij tieners en jongvolwassenen kan ontstaan door ‘sociale besmetting’ en dat sociale media daarbij een grote rol spelen, zoals journalist  Abigail Shrier en onderzoeker Lisa Littman beschrijven en inmiddels door meerdere toonaangevende genderartsen wordt erkend.

Eerst debat

Wat op het spel staat, is de vrijheid om vragen te stellen en je mening te uiten over deze ontwikkeling. Dan klinkt het verwijt dat je de transidentiteit van mensen in twijfel zou trekken, hun diepste zelf niet erkent en je hen daarmee pijn doet, schade toebrengt of trauma’s vergroot. Tegelijk wordt zo elk gesprek onmogelijk gemaakt. En dat is ernstig. Dit raakt niet alleen het leven van jongeren die zoeken naar hun identiteit, maar dit raakt de vrijheid in onze samenleving om onze gedachten te uiten. Het raakt onze journalistieke vrijheid en een open debat.

Hier functioneert onze democratie niet zoals het zou moeten: dit is een issue waarover maatschappelijk debat moet zijn en waarover politieke partijen ruim vooraf kleur moeten bekennen. Anders kan er een nieuwe transgenderwet ingevoerd worden waar velen nooit van gehoord hebben, laat staan de consequenties overzien. Ook wie zorgeloos denkt los te komen van het binaire en individuele expressie toejuicht, leeft in een samenleving met anderen. We moeten de signalen van toenemende chaos over man-vrouw-definities, de druk en dwang tegen wie zich verzet en de explosief stijgende transitiewens bij jongeren uiterst serieus nemen. Een wetswijziging is het laatste dat daar nu bij past.


Gepubliceerd: 13 mei 2022 als Opiniestuk in Elsevier Weekblad